Hoe pruimen drogen
Pruimen drogen is een eenvoudige en heerlijke manier om deze zoete vrucht langer te bewaren en de intense smaak te concentreren. Gedroogde pruimen zijn niet alleen perfect als gezonde snack, maar ook geweldig in allerlei gerechten, van stoofschotels tot desserts. Door pruimen zelf te drogen, weet je precies wat erin zit en kun je genieten van een pure en natuurlijke smaak, zonder toevoegingen. Of je nu de oven, een droogoven of zelfs de zon gebruikt, het proces is eenvoudig en brengt het beste naar voren in deze veelzijdige vrucht.
Voorbereidingstijd 23 minuten min
Bereidingstijd 8 uur uur 1 minuut min
Totale tijd 8 uur uur 24 minuten min
Gang Bijgerecht
Keuken Internationaal
Porties 1 Kilo pruimen
calorieën 45 kcal
- 1 kilogram pruimen rijp en onbeschadigd
- Water optioneel, om de pruimen te blancheren
1. Kies en bereid de pruimen
De eerste stap in het droogproces is het selecteren van de juiste pruimen. Kies stevige, rijpe pruimen zonder beschadigingen of plekjes. Te rijpe pruimen kunnen te veel vocht bevatten, waardoor ze langer nodig hebben om te drogen en uiteindelijk papperig kunnen worden.
Was de pruimen grondig onder koud stromend water om eventueel vuil en resten te verwijderen. Dep ze daarna droog met een schone keukendoek.
2. Halveer en ontpit de pruimen
Snij de pruimen voorzichtig doormidden met een scherp mes en verwijder de pit. Het halveren van de pruimen versnelt het droogproces aanzienlijk, omdat het oppervlak vergroot wordt en het vocht makkelijker kan ontsnappen. Zorg ervoor dat je de pruimen niet te diep insnijdt, want je wilt dat ze hun vorm behouden tijdens het drogen.
3. Blancheren (optioneel)
Hoewel blancheren geen verplichte stap is, kan het helpen om de kleur en textuur van de gedroogde pruimen te verbeteren. Breng een grote pan water aan de kook en dompel de pruimen helften kort onder, ongeveer dertig seconden tot één minuut. Dit opent de poriën van de vrucht en zorgt ervoor dat het droogproces soepeler verloopt. Haal de pruimen daarna uit het hete water en leg ze meteen in koud water om het kookproces te stoppen.
4. Verwarm de oven voor
Verwarm je oven voor op een lage temperatuur, bij voorkeur rond de vijftig tot zestig graden Celsius. Het is belangrijk om de oven niet te heet te maken, want dan kunnen de pruimen verbranden in plaats van gelijkmatig drogen. Een lage temperatuur zorgt ervoor dat het vocht langzaam verdampt, wat resulteert in een geconcentreerde, zoete smaak.
5. Plaats de pruimen op de bakplaat
6. Droogproces in de oven
Plaats de bakplaat in de voorverwarmde oven en laat de pruimen ongeveer zes tot acht uur drogen. Afhankelijk van de grootte en het vochtgehalte van de pruimen kan dit proces langer duren. Houd de oven tussendoor een klein beetje open (eventueel met een pollepel tussen de ovendeur) om de vochtige lucht eruit te laten. Dit helpt bij het versnellen van het droogproces en zorgt ervoor dat de pruimen niet stoomkoken.
Controleer de pruimen na zes uur door er voorzichtig op te drukken. Ze moeten droog en leerachtig aanvoelen, maar nog wel een beetje flexibel blijven. Het is belangrijk dat ze niet helemaal hard worden, omdat je dan het risico loopt dat ze te droog zijn.
7. Laat de pruimen afkoelen en bewaar ze
Haal de bakplaat uit de oven en laat de pruimen volledig afkoelen. Gedroogde pruimen moeten goed bewaard worden om hun smaak en textuur te behouden. Plaats de afgekoelde pruimen in luchtdichte potten of zakken en bewaar ze op een koele, donkere plaats. Gedroogde pruimen blijven bij de juiste opslag enkele maanden goed.