• Voordat je begint, zorg ervoor dat je inmaakpotten goed schoon zijn. Je kunt ze steriliseren door ze tien minuten in kokend water te leggen. Laat de potten daarna omgekeerd drogen op een schone theedoek. Steriele potten zorgen ervoor dat je ingemaakte peren lang houdbaar blijven.

1. Schillen en voorbereiden

• Begin met het schillen van de peren. Snij ze in vieren en verwijder het klokhuis. Voor een mooi resultaat kun je de peren ook halveren of zelfs heel laten, afhankelijk van de grootte van je potten. Besprenkel de peren met citroensap om verkleuring te voorkomen terwijl je verder werkt.

2. Suikersiroop maken

• Breng in een grote pan het water samen met de suiker, kaneelstokjes, kruidnagels en het vanillestokje aan de kook. Roer goed totdat de suiker volledig is opgelost. Laat het mengsel vervolgens op een laag vuur sudderen, zodat de smaken zich goed vermengen.

3. Peren koken

• Voeg de peren voorzichtig toe aan de suikersiroop en laat ze vijf tot tien minuten meekoken, afhankelijk van de stevigheid van de vruchten. Ze moeten zacht worden maar niet uit elkaar vallen. Haal de peren daarna met een schuimspaan uit de pan en verdeel ze over de steriele inmaakpotten.

4. Potten vullen

• Vul de potten met de hete suikersiroop tot ongeveer een halve centimeter onder de rand. Zorg ervoor dat er geen luchtbellen achterblijven door voorzichtig met een schone lepel langs de binnenkant van de pot te gaan. Sluit de potten direct goed af met de deksels.
• Plaats de gevulde potten in een grote pan met kokend water, zodat ze volledig onder staan. Laat de potten ongeveer twintig minuten koken. Haal ze daarna voorzichtig uit het water met een tang en laat ze afkoelen op een theedoek. Controleer na het afkoelen of de deksels vacuum zijn getrokken (het midden van het deksel moet naar binnen gebogen zijn).