Zet eerst alles klaar op je aanrecht. Het werkt het prettigst als je de kruiden al in kleine schaaltjes hebt afgemeten. Zorg ook dat je potje goed schoon en droog is – vocht is funest voor kruidenmengsels, want dat verkort de houdbaarheid aanzienlijk.

Doe vervolgens alle kruiden in een schaaltje. Begin met de paprikapoeder, zowel de zoete als de gerookte variant. Die geven de basis van je patatkruiden een volle, warme smaak en een mooie kleur. Voeg daarna de uienpoeder en knoflookpoeder toe. Die zorgen voor die typische hartige ondertoon die zo goed past bij frietjes. Het zout en de witte peper geven de juiste balans en maken het af.

Wil je je kruidenmengsel iets meer pit geven? Dan kun je een beetje cayennepeper toevoegen. Begin met een kwart theelepel, proef, en voeg eventueel meer toe als je durft. De kurkuma is vooral voor de kleur, maar geeft ook een subtiel aardse smaak. En de gedroogde peterselie maakt het visueel nét wat aantrekkelijker frietjes met groene stipjes zien er gewoon net even lekkerder uit.

Roer alles goed door met een lepeltje. Zorg dat er geen klontjes zijn en dat alles mooi gemengd is. Dan kun je het mengsel met een trechter in je glazen potje gieten. Even goed afsluiten, etiketje erop als je dat leuk vindt, en klaar.

Gebruik ongeveer één theelepel per portie friet (250 gram), of meer als je van een stevige kruiding houdt. Strooi het over de hete, net gebakken frietjes en schud ze even om in een kom of bakje, zo verdeelt het zich mooi en trekken de kruiden goed in.