Schil de mango’s en snij het vruchtvlees in dunne plakjes of reepjes. Zorg ervoor dat je stukjes ongeveer dezelfde grootte hebben, zodat ze gelijkmatig konfijten.

Breng in een grote pan het water en de kristalsuiker langzaam aan de kook. Roer tot de suiker volledig is opgelost. Voeg het citroensap toe en eventueel de vanillestok of kaneel voor extra smaak.

Zet het vuur laag en voeg de mangoplakjes toe aan de siroop. Zorg ervoor dat alle stukjes ondergedompeld zijn. Laat het geheel op laag vuur sudderen gedurende dertig tot veertig minuten. Roer af en toe voorzichtig om ervoor te zorgen dat de mango niet aan de bodem van de pan blijft plakken.

Haal de mango’s voorzichtig uit de siroop met een schuimspaan en leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat. Laat de plakjes volledig afkoelen en drogen. Dit kan enkele uren duren, afhankelijk van de luchtvochtigheid in huis.

Doe de gekonfijte mango’s in een schone, luchtdichte pot. Bewaar ze op een koele en droge plaats of in de koelkast.