Hoe kiwijam maken?
Voor kiwijam maken heb je niet veel nodig: rijpe kiwi’s, geleisuiker en een beetje citroensap. Wat belangrijk is, is dat je schoon werkt. Zorg dat je potten goed schoon en heet zijn, zodat je jam straks lekker lang goed blijft. Sommigen zetten de potten na het vullen even op de kop. Dat helpt om ze vacuüm te trekken. Het is niet verplicht, maar het helpt wel. Alleen let op: bij sommige deksels kan het zuur van de kiwi de binnenkant aantasten. Gebruik daarom bij voorkeur deksels die geschikt zijn voor zuurhoudende producten. In dat geval kun je ze gerust op de kop zetten.
Benodigdheden
- 4 Schone jampotten met deksel
- Grote pan
- Pureestamper of staafmixer
- Pollepel of houten lepel
- Schone trechter (handig bij het vullen van de potten)
- Schone doek
- Optioneel: een paar ovenhandschoenen of een tang om hete potten vast te pakken
Ingrediënten
- Ongeveer 1 kilogram rijpe kiwi’s
- 500 gram geleisuiker speciaal voor vruchten met weinig eigen pectine
- Sap van 1 citroen ongeveer 50 milliliter
- Eventueel 1 zakje vanillesuiker voor een zachte smaak
Bereiding
1. Voorbereiden
- Was de kiwi’s en schil ze. Snij ze in stukjes. Zet ondertussen je jampotten en deksels in kokend water of in de oven op 120 graden om ze goed te steriliseren. Laat ze daarna omgekeerd op een schone doek uitlekken.
2. Kiwi’s pureren
- Doe de stukjes kiwi in een grote pan. Plet ze met een pureestamper of geef er een paar korte tikken met de staafmixer. Het mag best nog wat stukjes bevatten, dat geeft straks een fijne structuur aan je jam.
3. Suiker en citroen toevoegen
- Voeg de geleisuiker en het citroensap toe aan de kiwi’s. Roer het goed door en laat het mengsel even staan, zodat de suiker wat kan oplossen.
4. Jam koken
- Breng de kiwi’s aan de kook. Blijf goed roeren om aanbranden te voorkomen. Vanaf het moment dat het goed kookt, laat je het mengsel 3 à 4 minuten doorkoken. Let op dat het niet overkookt. Een schuimlaagje dat ontstaat, kun je eventueel met een lepel afscheppen.
5. Vullen van de potten
- Giet de hete jam met behulp van een trechter in de hete, schone potten. Vul ze tot bijna aan de rand. Draai de deksels direct stevig dicht. Zet ze eventueel op de kop om vacuüm te trekken, maar dat hoeft niet per se. Let er wel op dat je de juiste deksels hebt, zeker als je voor het omkeren kiest.
6. Afkoelen en bewaren
- Laat de potten rustig afkoelen. Je zult merken dat de deksels indeuken, dat betekent dat ze vacuüm zijn. Zet ze daarna op een koele, donkere plek.