Begin met het weken van de dadels. Doe de ontpitte dadels in een grote kom en giet hier het warme water overheen. Laat ze minstens dertig minuten staan, zodat ze zacht worden. Als je heel droge dadels hebt, laat ze dan een uur weken. Het weken zorgt ervoor dat de dadels makkelijker te blenden zijn en dat de pasta lekker glad wordt.

Giet de dadels samen met het weekwater in een blender of keukenmachine. Voeg hier het citroensap en een snufje zout aan toe. Blend het geheel op een hoge snelheid tot je een gladde en romige pasta hebt. Stop af en toe om de zijkanten van de blender of keukenmachine schoon te schrapen, zodat alles goed wordt gemengd.

Controleer de textuur van de dadelpasta. Als je merkt dat deze te dik is, kun je een paar eetlepels extra warm water toevoegen. Blend opnieuw tot je tevreden bent met de consistentie. De pasta moet glad en smeerbaar zijn, maar niet te dun.

Schep de dadelpasta over in schone, luchtdichte jampotten. Zorg ervoor dat je de potten tot de rand vult, zodat er zo min mogelijk lucht in zit. Sluit de potten goed af.