Hoe abrikozen inmaken?
Abrikozen inmaken is verrassend eenvoudig als je eenmaal weet hoe het moet. Het begint allemaal bij goed rijpe, stevige vruchten. Je kookt een zoete siroop, steriliseert de potten en vult ze zorgvuldig met halve abrikozen. Daarna verhit je de gevulde potten nog kort, zodat ze vacuüm trekken. Het op de kop zetten van de potten helpt daarbij, maar is optioneel. Sommige potdeksels kunnen aangetast worden door het zuur van het fruit of de siroop. In dat geval is het verstandig om speciale deksels aan te schaffen die hiertegen bestand zijn. Toch is op de kop zetten vaak wel beter voor het vacuüm trekken, dus als je goede deksels hebt, is dat aan te raden.
Benodigdheden
- 4 schone inmaakpotten van 500 milliliter met schroefdeksel
- Grote pan om de siroop in te maken
- Schone theedoek
- Kookpan om de potten te steriliseren
- Trechter (optioneel, maar handig)
- Pollepel of soeplepel
- Scherp mesje en snijplank
Ingrediënten
- Ongeveer 1 kilogram verse abrikozen liefst stevig maar rijp
- 800 gram kristalsuiker
- 1 liter water
- 2 eetlepels citroensap vers geperst
- Eventueel: 1 vanillestokje of 1 kaneelstokje voor extra smaak
Bereiding
1. Potten en deksels schoonmaken
- Begin met het grondig schoonmaken van de potten en deksels. Was ze met heet water en afwasmiddel en spoel goed na. Zet ze daarna in een pan met kokend water of in de oven (15 minuten op 120 graden Celsius) om ze te steriliseren. Laat ze ondersteboven drogen op een schone theedoek.
2. Abrikozen voorbereiden
- Was de abrikozen goed. Snij ze doormidden en verwijder de pitten. Gebruik bij voorkeur stevige abrikozen, zodat ze hun vorm behouden tijdens het inmaken. Wil je de schil liever niet? Dan kun je ze kort blancheren en ontvellen, maar dit is niet noodzakelijk.
3. Siroop maken
- Doe het water, de suiker en het citroensap in een grote pan. Verwarm dit op middelhoog vuur en roer tot de suiker helemaal is opgelost. Laat de siroop daarna kort doorkoken, zodat hij wat indikt. Wil je extra smaak, voeg dan nu een vanillestokje (in de lengte doorgesneden) of een kaneelstokje toe en laat even meekoken.
4. Potten vullen
- Zet de potten klaar (gebruik eventueel een trechter). Vul ze met de abrikozenhelften, met de snijkant naar beneden, zo strak mogelijk. Giet de hete siroop erover tot de vruchten net onder staan. Laat ongeveer 1 centimeter ruimte tot de rand over.
- Veeg de randen van de potten schoon met een schone, vochtige doek. Sluit de potten meteen goed af met de deksels. Zet ze eventueel direct op de kop, zodat de hitte ook het deksel ontsmet en er makkelijker vacuüm ontstaat. Heb je potten waarvan het deksel mogelijk aangetast wordt door zuur? Gebruik dan speciale zuur-bestendige deksels, of laat het op z’n kop zetten achterwege.
5. Laten afkoelen
- Laat de potten afkoelen op een handdoek, eventueel onder een theedoek. Na een paar uur hoor je vaak een ‘plop’, dat betekent dat de pot vacuüm is getrokken. Controleer dit door licht op het deksel te drukken: het mag niet meer indeuken.